Installatieautomaat

Het selecteren van de juiste installatieautomaten is van essentieel belang voor de veiligheid van je elektrische installatie. Op deze pagina vind je naast installatieautomaten van alle merken, ook een aantal handige tips en leggen we exacte werking van dit component uit. Dit kun je lezen onder de producten. Lees daarnaast alles over installatieautomaten in dit artikel: Wat is een installatieautomaat?

Selecteer hieronder de gewenste producten.

Pagina
Pagina

Wat is een installatieautomaat?

De installatieautomaat, misschien wel het onderdeel binnen de elektrotechniek met de meeste benamingen. We hebben er een aantal voor je op een rijtje gezet:

  • Maximumschakelaar
  • Lichtgroep
  • Groep
  • Zekeringautomaat
  • Automaat

Ondanks al deze verschillende benamingen is de functie doorgaans hetzelfde. Om meer verwarring tegen te gaan, zullen we het bij één term houden, de installatieautomaat.
                                     Emat installatieautomaat
De installatieautomaat is de vervanger van de zekering. Het grootste voordeel ten opzichte van de zekering is dat een automaat direct, nadat het in werking is getreden, weer bruikbaar is. Hoewel automaten vroeger nog met schroeven bevestigd werden, worden ze tegenwoordig op een zogeheten DIN-rail in de groepenkast geplaatst.

 

Werking installatieautomaat

De primaire functie van dit onderdeel is het beschermen van elektrische installaties en de bedrading tegen schade.

Op het moment dat er te hoge stroom wordt gedetecteerd, zal de stroomkring onderbroken worden. Op deze manier worden elektrische apparaten beschermt en zullen ze geen schade oplopen. We bespreken hoe een installatieautomaat zal reageren in verschillende situaties.


De installatieautomaat en kortsluiting of overbelasting

In iedere installatieautomaat zit een magnetische beveiliging. Op het moment dat er te hoge overstroom (kortsluiting) ontstaat, zal door middel van een elektromagneet het uitschakelmechanisme geactiveerd worden en zal de installatieautomaat vrijwel direct uitschakelen. Dit noemen we het snelle uitschakelmechanisme.

Een ander element binnen de installatieautomaat is verantwoordelijk voor de bescherming tegen overbelasting. Overbelasting ontstaat op het moment dat een te hoog vermogen op één installatieautomaat worden aangesloten.

De automaat beschermt tegen overbelasting door middel van een thermische beveiliging met bimetaal. Als dit bimetaal, gedurende lange tijd, opwarmt door te grote hoeveelheden stroom, zal de automaat uitschakelen. Dit is het langzame uitschakelmechanisme.

Let op: Met installatieautomaten ben je uitsluitend beveiligd tegen kortsluiting en overbelasting. Je hebt ook een aardlekschakelaar nodig om je te beveiligen tegen elektrocutie en om te voorkomen dat brand kan ontstaan. Je mag maximaal vier installatieautomaten aansluiten op één aardlekschakelaar.

Verschillende soorten installatieautomaten
Er zijn veel diverse merken verkrijgbaar met verschillende eigenschappen. In dit onderdeel bespreken we de belangrijkste producteigenschappen

Tip: Heb je weinig ruimte in je groepenkast en wil je toch een extra groep plaatsen? Een aardlekautomaat combineert de functies van een aardlekschakelaar en een installatieautomaat in één component.

Het aantal polen
Een installatieautomaat heeft één pool en één nul. Hier kun je één fase en één nul op aansluiten. Dit is gebruikelijk voor normale huishoudelijke producten. Als je 3 fase apparaten hebt, dien je een zogeheten krachtgroep te gebruiken. Een krachtgroep heeft drie polen plus één nul. Daar merk je al aan dat een krachtgroep drie keer zoveel stroom kan geven dan een normale installatieautomaat. Dit wordt ook wel krachtstroom genoemd.

Een nul wordt ook vaak een pool genoemd. Daarom kun je voor een lichtgroep bijvoorbeeld naar een 2-polige groep zoeken. Dit noemen ze tegenwoordig 1-polig plus nul (1P+N).

Weet je niet welk product geschikt is voor je groepenkast? Ontvang direct een deskundig antwoord door je vraag in de chat te stellen of door te bellen met 053 711 36 74. Je kunt natuurlijk ook een mail sturen naar [email protected]. Onze medewerkers zullen z.s.m. contact opnemen.

Modulebreedte
Verschillende varianten hebben uiteenlopende modulebreedtes. We hebben de modulebreedtes van de meest voorkomende afmetingen op een rij gezet:

  • 3P+N producten zijn 72 mm breed. Dit is gelijk aan vier modules.
  • 1P+N producten zijn 18 mm breed. Dit is gelijk aan één module.
  • 2P+2N producten zijn 36 mm breed. Dit is gelijk aan twee modules.

Kortsluitvastheid
De kortsluitvastheid heeft betrekking op de maximale stroom die het component veilig kan onderbreken. In huisinstallaties zijn de meeste automaten 16 ampère, dit betekent dat je maximaal 3680 Watt (3,7kW) aan vermogen tegelijk kunt aansluiten.

Tip: Bereken het maximale vermogen van installatieautomaten eenvoudig zelf door het aantal ampère te vermenigvuldigen met 230V (netstroom).

16A x 230V = 3680 Watt = 3,7kW.


Installatieautomaat karakteristiek

De uitschakelkarakteristiek zegt iets over het uitschakelen van een automaat. Dit wordt ook wel de ‘curve’ genoemd en heeft betrekking op de maximale piekstroom die een installatieautomaat aan kan.

Afhankelijk van welk elektrisch apparaat er aangesloten is of aangesloten gaat worden, bepaal je welk uitschakelkarakteristiek geschikt is. Zo zal het component niet te snel of te laat uitschakelen. De uitschakelkarakteristiek wordt uitgedrukt in de letters B, C of D.

  • B-karakteristiek kan drie tot vijf keer de nominale waarde aan.
  • C-karakteristiek kan vijf tot tien keer de nominale waarde aan.

Ter illustratie: Stel je hebt een automaat met een kortsluitvastheid van 16 ampère en B-uitschakelkarakteristiek. Dit component kan, een korte periode, een totale waarde tussen drie tot vijf maal het aantal ampère aan. Dit komt neer op een waarde tussen de 48 en 80 ampère. (tussen de 3 x 16 en 5 x 16)

Wat zien we terug in de praktijk?
In huisinstallaties wordt voor apparaten met een relatief lage inschakelstroom, zoals bijvoorbeeld verlichting, over het algemeen een B-karakteristiek installatieautomaat gebruikt. Automaten met C- of D-karakteristiek worden toegepast in industriële installaties waarbij met zwaardere apparatuur gewerkt wordt.

 

Installatieautomaat aansluiten of vervangen

Wij raden aan om niet zelf aan de slag te gaan en installatieautomaten te gaan aansluiten of vervangen, tenzij je hier voldoende kennis van hebt. De meeste meterkastbranden ontstaan doordat mensen zonder kennis van elektra zelf aan de slag gedaan.

Ga je toch zelf aan de slag? Laat je dan goed adviseren en, voordat je iets gaat aansluiten, de installatie keuren door een erkend installateur. Als er brand ontstaat en het blijkt dat er gesleuteld is in de meterkast, wat niet volgens de NEN1010 normen gebeurd is, kom je in de problemen met de verzekering en kun je zelfs boetes krijgen.


Heb je nog vragen over specifieke prodcuten? Stel je vraag in de chat rechtsonder in je scherm, stuur een e-mail naar [email protected] of bel 088 - 51 11 600.